Misbruik van het recht op betwisting in het kader van de IOS-procedure (noot onder Ondernemingsrechtbank Gent 30 oktober 2020, AR A/20/02467)
- Author
- Wannes Vandenbussche (UGent)
- Organization
- Abstract
- Sinds 2015 biedt het Gerechtelijk Wetboek schuldeisers de mogelijkheid om onbetwiste handelsschulden op buitengerechtelijke wijze in te vorderen via de administratieve procedure tot invordering van onbetwiste geldschulden (hierna ‘IOS-procedure’). De introductie van deze nieuwe procedure in het Belgische recht is niet zonder slag of stoot verlopen. Zo stond onder meer ter discussie of de rechtbank een in het gelijk gestelde schuldeiser die geen gebruik heeft gemaakt van de IoS-procedure toch mag veroordelen tot de gedingkosten, omdat hij door zijn keuze voor de traditionele gerechtelijke weg een fout zou hebben begaan dan wel misbruik zou hebben gepleegd. Het Hof van Cassatie heeft intussen geoordeeld dat dit niet het geval is, aangezien het om een facultatief mechanisme gaat. Het louter verkiezen van de gerechtelijke invordering boven de IoS-procedure levert op zich dus geen grond op om de kosten ten laste van de schuldeiser te leggen. Het geannoteerde vonnis gaat over een gelijkaardige kwestie die tot nu toe meer in de schaduw is blijven staan. Het betreft de vraag hoe een rechtbank moet omgaan met een schuldenaar die na ontvangst van de aanmaning de schuld betwist en ervoor zorgt dat de IoS-procedure tot een einde komt, maar dan wel verstek geeft in de procedure voor de rechtbank. In casu oordeelt de ondernemingsrechtbank dat er sprake is van misbruik van het procesrecht, omdat er overheidsmiddelen werden ingezet waar dit overbodig was en de eisende partij bijkomende kosten heeft moeten voorschieten. De rechtbank veroordeelt de schuldenaar overeenkomstig artikel 780bis van het Gerechtelijk Wetboek tot een geldboete van 250,00 EUR. Daarnaast kent de rechtbank ook een vergoeding aan de schuldeiser toe van 227,96 EUR voor de kosten van de IoS-procedure.
Downloads
-
(...).pdf
- full text (Published version)
- |
- UGent only
- |
- |
- 185.22 KB
Citation
Please use this url to cite or link to this publication: http://hdl.handle.net/1854/LU-8696729
- MLA
- Vandenbussche, Wannes. “Misbruik van Het Recht Op Betwisting in Het Kader van de IOS-Procedure (Noot Onder Ondernemingsrechtbank Gent 30 Oktober 2020, AR A/20/02467).” TIJDSCHRIFT VOOR INSOLVENTIE- EN BESLAGRECHT, no. 1, 2021, pp. 147–51.
- APA
- Vandenbussche, W. (2021). Misbruik van het recht op betwisting in het kader van de IOS-procedure (noot onder Ondernemingsrechtbank Gent 30 oktober 2020, AR A/20/02467). TIJDSCHRIFT VOOR INSOLVENTIE- EN BESLAGRECHT, (1), 147–151.
- Chicago author-date
- Vandenbussche, Wannes. 2021. “Misbruik van Het Recht Op Betwisting in Het Kader van de IOS-Procedure (Noot Onder Ondernemingsrechtbank Gent 30 Oktober 2020, AR A/20/02467).” TIJDSCHRIFT VOOR INSOLVENTIE- EN BESLAGRECHT, no. 1: 147–51.
- Chicago author-date (all authors)
- Vandenbussche, Wannes. 2021. “Misbruik van Het Recht Op Betwisting in Het Kader van de IOS-Procedure (Noot Onder Ondernemingsrechtbank Gent 30 Oktober 2020, AR A/20/02467).” TIJDSCHRIFT VOOR INSOLVENTIE- EN BESLAGRECHT (1): 147–151.
- Vancouver
- 1.Vandenbussche W. Misbruik van het recht op betwisting in het kader van de IOS-procedure (noot onder Ondernemingsrechtbank Gent 30 oktober 2020, AR A/20/02467). TIJDSCHRIFT VOOR INSOLVENTIE- EN BESLAGRECHT. 2021;(1):147–51.
- IEEE
- [1]W. Vandenbussche, “Misbruik van het recht op betwisting in het kader van de IOS-procedure (noot onder Ondernemingsrechtbank Gent 30 oktober 2020, AR A/20/02467),” TIJDSCHRIFT VOOR INSOLVENTIE- EN BESLAGRECHT, no. 1, pp. 147–151, 2021.
@article{8696729, abstract = {{Sinds 2015 biedt het Gerechtelijk Wetboek schuldeisers de mogelijkheid om onbetwiste handelsschulden op buitengerechtelijke wijze in te vorderen via de administratieve procedure tot invordering van onbetwiste geldschulden (hierna ‘IOS-procedure’). De introductie van deze nieuwe procedure in het Belgische recht is niet zonder slag of stoot verlopen. Zo stond onder meer ter discussie of de rechtbank een in het gelijk gestelde schuldeiser die geen gebruik heeft gemaakt van de IoS-procedure toch mag veroordelen tot de gedingkosten, omdat hij door zijn keuze voor de traditionele gerechtelijke weg een fout zou hebben begaan dan wel misbruik zou hebben gepleegd. Het Hof van Cassatie heeft intussen geoordeeld dat dit niet het geval is, aangezien het om een facultatief mechanisme gaat. Het louter verkiezen van de gerechtelijke invordering boven de IoS-procedure levert op zich dus geen grond op om de kosten ten laste van de schuldeiser te leggen. Het geannoteerde vonnis gaat over een gelijkaardige kwestie die tot nu toe meer in de schaduw is blijven staan. Het betreft de vraag hoe een rechtbank moet omgaan met een schuldenaar die na ontvangst van de aanmaning de schuld betwist en ervoor zorgt dat de IoS-procedure tot een einde komt, maar dan wel verstek geeft in de procedure voor de rechtbank. In casu oordeelt de ondernemingsrechtbank dat er sprake is van misbruik van het procesrecht, omdat er overheidsmiddelen werden ingezet waar dit overbodig was en de eisende partij bijkomende kosten heeft moeten voorschieten. De rechtbank veroordeelt de schuldenaar overeenkomstig artikel 780bis van het Gerechtelijk Wetboek tot een geldboete van 250,00 EUR. Daarnaast kent de rechtbank ook een vergoeding aan de schuldeiser toe van 227,96 EUR voor de kosten van de IoS-procedure.}}, author = {{Vandenbussche, Wannes}}, issn = {{2593-5569}}, journal = {{TIJDSCHRIFT VOOR INSOLVENTIE- EN BESLAGRECHT}}, language = {{dut}}, number = {{1}}, pages = {{147--151}}, title = {{Misbruik van het recht op betwisting in het kader van de IOS-procedure (noot onder Ondernemingsrechtbank Gent 30 oktober 2020, AR A/20/02467)}}, year = {{2021}}, }